Knaagdier - beschrijving, habitat, interessante feiten

Vogels van de gepresenteerde soorten worden met recht beschouwd als de meest melodieuze. Ze behoren tot de familie Passerine, ze zingen melodieus, in hun aanbod hebben ze duizenden verschillende geluiden. Linnet wordt zo goed uitgedrukt door liedjes dat het in dit opzicht een vogel, nachtegaal of leeuwerik kan omzeilen. Je kunt naar deze soort in hennepvelden luisteren. De belangrijkste basis van het dieet van vogels wordt beschouwd als het zaad van deze vegetatie. Vandaag kijken we naar alles wat van invloed is op de mensen in deze familie. We bestuderen de habitat, functies en andere aspecten.

beschrijving

1. Een kneu is een musvogel, die van gemiddelde grootte is. Op de uiterlijke tekenen van deze personen worden vaak verward met tieten. Kenmerkende kenmerken zijn dimensies. Op het lichaam van het individu groeien tot 15 cm. Maximaal, hun gewicht varieert van 17 tot 24 gram. Onder alle vertegenwoordigers van passerine zijn deze personen de kleinste.
2. Door de kleur van het lichaam vallen ze niet op, gepigmenteerd door een grijsbruine tint.In het gebied boven de staart zijn er roze veren. De zijdelingse delen en het abdominale gebied zijn bijna witachtig. In het gebied van de nek is er een lichtstrip. In het gebied van de vleugels zijn er lijnen met zwart en wit podton. Zwarte strepen zijn breder dan witte. Hetzelfde patroon kan worden waargenomen in de staartzone.
3. Er zijn verschillen in geslacht, ze verschijnen in de kleur van het verenkleed. Kneu kan een scharlaken plek op het hoofd hebben of een roodachtige tint van bevedering op de borst. Meestal zijn deze kenmerken typisch voor mannen. Vrouwtjes zijn niet zo kleurrijk, omdat ze bij het uitkomen van het nageslacht moeten samensmelten met de omgeving.
4. De snavel is breed aan de basis, maar kort. De kleur is bruin met een grijze tint. De lengte overschrijdt niet twee afstanden tussen de neusgaten. Deze functie onderscheidt het kneu van zijn verwanten. De klauwpoten zijn lang, de tenen zijn sterk, met scherpe klauwen. De poten zijn gepigmenteerd met een bruine tint.
5. De vorm van de vleugels is scherp, langwerpig. In de piekzone bevindt zich een paar veren. De vleugel is ongeveer 8 cm lang en de staart is zwak en matig lang, ongeveer 4 cm.Het is ook vermeldenswaard dat de palatinale zone in deze vogels geribbeld is. Dankzij wat ze met gemak zaden en zaden snaaien.

eten

1. Bij deze vogels is de basis van het dieet voedsel van plantaardige oorsprong. Vanwege dit voedsel hoeven ze nergens heen te vliegen op zoek naar insecten en andere insecten. Ze zijn sedentair, omdat ze hun menu altijd kunnen diversifiëren met de zaden van verschillende planten.
2. In de zomer zijn personen echter niet tegen het eten van muggen, kwark, mieren, insectenlarven en insecten zelf, evenals kippeneieren. Ongeveer dezelfde voeding bij baby's, onvolwassen kuikens vanwege het krijgen van eiwitverbindingen, worden sneller sterker.
3. Als we het voedsel van plantaardige soort beschouwen, eten we zonnebloempitten, klis, weegbree, zuring, papaver en hennep (gekiemde korrel). Door hun natuurlijke kenmerken kunnen vogels verschillende soorten vegetatie eten.
4. Ze leunen op koolzaad en verkrachting vanwege de overvloed aan vet in deze variëteiten. Dankzij dit dieet zijn de vogels altijd energiek en goed gevoed. Maar ze verteren snel voedsel, dus na een uur hebben ze honger.

leefgebied

1. De afgebeelde vogels kunnen een andere habitat hebben.Veel factoren zijn afhankelijk van de specifieke ondersoort van vogels. Gewone kneu's leven vaak op het grondgebied van Scandinavië, de voormalige USSR en Europa. Wat de Russische gebieden betreft, nestelen de individuen meestal in het westelijke deel.
2. Krim-soorten van het individu verlaten het schiereiland niet. Dienovereenkomstig worden dergelijke vogels nergens anders gevonden. Wat betreft de Turkestaanse repolov, ze leven op het grondgebied van Iran, de Transcaspische regio, Afghanistan, Turkestan, India en Mesopotamië. Er is ook een Aziatische ondersoort.
3. Het is onmogelijk om nauwkeurig te beantwoorden of de individuen in kwestie migrerend zijn of niet. Een deel van de ondersoort geeft er de voorkeur aan om een ​​sedentaire levensstijl te leiden. Dit geldt in sterkere mate voor die vogels die voornamelijk in warme streken leven. Andere voeringen worden verzonden voor overwintering in Afrika en Iran.
4. Vaak proberen individuen in normale omstandigheden en tijdens vluchten kleine koppels te houden. In elk van hen zijn er niet meer dan 30 personen. Zulke vogels bewegen luidruchtig rond. Vaak proberen vogels zich te verstoppen in de struiken en hoog gras.
5. De personen in kwestie hebben een enorm aantal vijanden.Vanwege deze functie zijn ze verlegen. Daarom interfereert het sterk de huisinhoud van deze personen. Vogels zijn bang voor katten, honden en andere huisdieren. Ook worden vogels bang van mensen. Vogels hebben schuilplaatsen en kooien nodig die hoog zijn.
6. Fokkers vestigen vaak hennepbomen in een ruime volière samen met kanaries, putters en groenvinken. Als gevolg hiervan kunnen alle vertegenwoordigde individuen zonder problemen kruisen. Een vrij levensvatbare jongen worden geboren. Als gevolg van dergelijke hybriden zijn ze veel gemakkelijker thuis te houden.

reproduktie

1. De nestperiode in vertegenwoordigde vogels begint van het midden van de lente tot de late zomer. Gedurende deze tijd leggen individuen 2, met elk maximaal 5 eieren.
2. Vogels broeden de eieren een halve maand uit. Op dit moment brengt het mannetje eten. Over het algemeen worden na een maand en een half, de kuikens onafhankelijk en verlaten het nest.

Knaagdieren zijn ongevaarlijke vogels. Ze zijn heel mooi en het is interessant om ze in de paartijd te observeren. Tijdens het nesten, individuen tonen bijzondere zorg voor elkaar en hun nakomelingen. Beide ouders zijn betrokken bij het voeden en opvoeden van jonge dieren.

Video: kneu (Carduelis cannabina)